No CrossRef data available.
Published online by Cambridge University Press: 24 August 2009
Of all the non-indigenous groups resident in Indonesia, the Chinese have attracted the greatest attention in every respect. Their economic success has aroused both admiration and jealousy. Their clannishness has led to questions about their social organizations and, especially in the post–1945 period, their integration into the national matrix. Problems of assimilation have spawned numerous scholarly studies in the English language, while there have been no lack of studies on Chinese political movements in Indonesia and their relations with indigenous ones. In short, there is an exciting ongoing research on the Chinese in Indonesia that bodes well for the future and beckons greater participation from newcomers in the field.
1 The author is especially grateful to the following who took considerable trouble to make copies of materials available for the completion of this article: Mrs P. Lim and Dr Leo Suryadinata both of the Institute of Southeast Asian Studies, Singapore; and Dr Onghokham of the University of Indonesia.
2 Young, J.W., “Then Sioe Kim Njong in de Westerafdeeling van Borneo bekend als Njonja Kaptai. In Memoriam”, Bijdragen tot de Taal-, Land- en Volkenkunde van Nederlandsch Indie (henceforth Bijdragen) 37 (1888):149–53Google Scholar.
3 Engelhard, H.G.D., “Bijdragen tot de Kennis van het Grondbezit in de Chineesche Districten”, Bijdragen 61 (1900): 241–62Google Scholar.
4 Schlegel, G., “Eene Chineesche Begrafenis- en Huwelijks-onderneming”, Bijdragen 32 (1884):517–59Google Scholar.
5 de La Faille, P. de Roo, “De Chineesche Raad te Batavia en het door dit College beheerde Fonds”, Bijdragen 80 (1924): 302–24Google Scholar.
6 Rouffaer, G.P., “De Chineesche Naam Ts'e-Ts'un voor Gresik”, Bijdragen 59 (1906): 178–79Google Scholar.
7 Hoetink, B., “So Bing Kong: het eerste Hoofd der Chineezen te Batavia (1619–1636)”, Bijdragen 73 (1917):344–417Google Scholar; “So Bing Kong: het eerste Hoofd der Chineezen te Batavia (Eene Nalezing)”, Bijdragen 79 (1923): 1–44Google Scholar; “Ni Hoekong: Kapitein der Chineezen te Batavia in 1740”, Bijdragen 74 (1918):447–518Google Scholar.
8 Boachi, Aquasie, “Mededeelingen over de Chinezen op het eiland Java”, Bijdragen (Amsterdam) 4 (1856):278–301Google Scholar.
9 Graafland, A.F.P., “Schets der Chineesche Vestigingen in de Afdeeling Karimon”, Bijdragen 37 (1888):505–44Google Scholar.
10 Hooyman, Jan, “Verhandeling over de tegenwoordigen staat van den landbouw, in de ommelanden van Batavia”, Verhandelingen vol. 1 (1781), pp. 173–262Google Scholar; vol. 2 (1784), pp. 162–212; vol. 3 (1787), pp. 465–541; Teisseire, Andries, “Beschrijving van een gedeelte der omme- en boven-landen dezer hoofdstad [Batavia]”, Verhandelingen, vol. 6 (1827), pp. 23–94Google Scholar.
11 Vogelaar, J.J., “Korte en eenvoudige beschrijving van de Tjembing, of het zoogenoemde doodenfeest der Chinezen”, Verhandelingen, vol. 6 (1827), pp. 1–9Google Scholar.
12 Mention of one example will suffice: “Het Bangka-verslag van den hoofdinspeetuer A.A. de Jongh”, De Indische Gids 29, no. 1 (1907):208–23Google Scholar.
13 Kielstra, E.B., “Bijdragen tot de geschiedenis van Borneo's Westerafdeeling”, De Indische Gids 11, no. 1 (1889):321–60Google Scholar; 11 . no. 1 (1889):941–91; 12, no. 2 (1890): 1694–723; 12, no. 2 (1890):2185–226.
14 See, e.g., the anonymous article “De Gelijkstelling der Chineezen”, De Indische Gids 52, no. 2 (1930):862–64Google Scholar.
15 Koloniale Studien, vol. 5 (1936). The articles were as follows: K. Verboeket, “De Geschiedenis van de Chineezen in Nederlandsch-Indie”, pp. 3–12; M.H. van der Valk, “De Rechtspositie der Chineezen in Nederlandsch-Indie”, pp. 13–30; P. Creutzberg, “De Chineesche Bevolking van Nederlandsch-Indie”, pp. 31–41; R. van Diffelen, “Het Onderwijs voor Chineezen”, pp. 42–63; Kwa Tjoan Sioe, “De Gezondheidstoestand der Chineezen in Nederlandsch-Indie”, pp. 64–77; Kwee Kek Beng, “Het Cultureele Leven der Chineezen in Nederlandsch-Indie”, pp. 78–96; Phoa Liong Gie, “De Economische Positie der Chineezen in Nederlandsch-Indie”, pp. 97–119. A continuation of this last article appeared in vol. 5, no. 6(1936).
16 Som, Tjan Tjoe, “De culturele positie der Chinezen in Indonesie”, Indonesie: Tweemaandelijks Tijdschrift gewijd aan het lndonesisch Cultuurgebied (The Hague), vol. 1 (1947/1948), pp. 53–61Google Scholar.
17 Published in Amsterdam in 1900 by L.J. Veen.
18 de Veer, W., Chineezen onder Hollandsch Vlag: eene niet-uitsluitend Koloniale quaestie populair behandeld, in verband met China's heden en verleden en de eigenaardigheden van der Chinees in hel algemeen (Amsterdam, 1908)Google Scholar.
19 van Sandick, L.H.W., Chineezen buiten China: Hunne Beteekenis voor de Ontwikkeling van Zuid-Oost-Azie, speciaal van Nederlandsch-Indie (The Hague, 1909)Google Scholar.
20 Mr. P.H. Fromberg's Verspreide Geschriften (Leiden, 1926)Google Scholar.
21 Vleming, J. L., Het Chineesche Zakenleven in Nederlandsch-Indie (Weltevreden, 1925)Google Scholar.
22 Moerman, J., In en Om de Chineesche Kamp (Amsterdam, 1932)Google Scholar.
23 Die, Ong Eng, Chineezen in Nederlandsch-Indie: Sociografie van een Indonesische Bevolkingsgroep (Assen, 1943)Google Scholar.
24 Tjwan, Go Gien, Eenheid in Verscheidenheid in een Indonesisch Dorp, Publikatie nr. 10, Sociologisch-Historisch Seminarium voor Zuidoost Azie (Universiteit van Amsterdam, 1966)Google Scholar.
25 de Haan, F., Priangan: De Preanger-Regentschappen onder het Nederlandsch Bestuur tot 1811 (Batavia, 1910)Google Scholar.
26 Examples include Oud Batavia: Gedenkboek uitgegeven door het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen naar aanleiding van het driehonderdjarig bestaan der stad in 1919 (Batavia, 1922)Google Scholar; Veth, P.J., Borneo's Wester-afdeeling, geographisch, statistisch, historisch voorafgegaan door eene algemeene schets der ganschen eilands (Zaltbommel, 1854–1856), 2 volsGoogle Scholar.
27 Verslag van de Commissie tot bestudeering van Staatsrechtelijke Hervormingen ingesteid bij gouvernementsbesluit van 14 September 1940, no. IX/KAB, Deel II: Indie's Wenschen (Batavia, 1942)Google Scholar.
28 van der Wal, S.L. (ed.), Het Onderwijsbeleid in Nederlands-Indie, 1900–1940: een Bronnenpublikatie (Groningen, 1963)Google Scholar.
29 van der Wal, S.L. (ed.), De Volksraad en de Staatkundige Ontwikkeling van Nederlands-Indie, vol. 2,1927–42 (Groningen, 1965)Google Scholar.
30 van der Wal, S.L. (ed.), De Opkomst van de Nationalistische Beweging in Nederlands-Indie (Groningen, 1967)Google Scholar; Sarekat Islam Lokal (Jakarta, 1975)Google Scholar.
31 This point was made by Coppel, Charles A., “Studying the Chinese Minorities: A Review”, Indonesia (Ithaca), no. 24 (10 1977), p. 182Google Scholar.
32 B. Anderson, “American Values and Research on Indonesia”. I was only able to get a copy of this most important article.